080313-IVR binnw.Cambodja.indd

Te Gast In Cambodja

Half mei verschijnt de nieuwe landenuitgave van Te Gast In Cambodja, waarvoor ik 3 lange reisreportages schreef. In het boekje staan in totaal 10 lange verhalen en reportages die je laten kennismaken met de belangrijkste en interessantste bestemmingen van Cambodja.

Zo schreef ik een reportage over Siem Reap, de toegangspoort tot Angkor Wat en een verhaal over nieuwe initiatieven op het terrein van ‘groen’ toerisme. Ander verhalen gaan over de betekenis van Angkor voor Cambodja, de smakelijke Khmer cuisine en de gruwelijkheden onder het Pol Pot-regime. Tot slot bevat het boekje beknopte reisinformatie en een aantal tips.

Lees hieronder de eerste alinea’s van het openingsverhaal “Rondrit door de Charming City” dat ik schreef over een rondrit door de hoofdstad Phnom Penh:

Met een schok komt de tuktuk in beweging. Het voertuig, een houten aanhangwagen die op een motor of brommer is gemonteerd, draait langzaam weg van het trottoir. De straten van Phnom Penh zijn na de stortregens van gisternacht weer helemaal opgedroogd en volgelopen met brommers, fietsen, fietstaxi’s, tuktuks en voetgangers. Langzaam loodst de chauffeur ons in tegengestelde richting een kruispunt op. Door de enorme ochtenddrukte lijkt een botsing nauwelijks te vermijden, maar we halen tot mijn opluchting veilig de overkant.

We hebben een route afgesproken langs de grootste bezienswaardigheden van de stad en de eerste bestemming is Wat Phnom, de bekendste tempel van Phnom Penh. Zodra we door de straten van de oude stad rijden, begint de chauffeur in de achteruitkijkspiegel met me te praten. Hij vertelt dat hij Ramon heet. Zijn eigenlijke naam is Tha Mon, maar door zijn werk met toeristen bleek Ramon een stuk handiger, legt hij uit. Hij lacht en manoeuvreert de tuktuk handig langs een groepje voetgangers dat een rood licht negeert.

Ondanks de verkeerschaos, heerst in het oude centrum een gemoedelijke sfeer. Groepjes schoolkinderen banen zich vrolijk kletsend een weg langs de talloze kleine straatstalletjes waar mensen koffie of verse kokosmelk drinken. Bedelaars en gelukszoekers hebben zich verschanst voor luxe winkels waar achter glas de Cambodjaanse nouveau riche winkelt.

Ondertussen vertelt Ramon dat hij in Kean Svay woont, een dorp in de provincie Kandal, zo’n veertig kilometer ten oosten van Phnom Penh. Het leven is er eenvoudig maar prettig, vindt hij, alleen is het moeilijk om een baan te vinden. Omdat hij in de stad meer kan verdienen, vertrok hij een paar jaar geleden hier heen. Met hulp van familie kocht Ramon zijn eigen tuktuk, die hij nu bijna heeft afbetaald. Als hij in Phnom Penh is, slaapt hij op een van de bankjes van het voertuig, vlakbij het hotel waar hij de meeste klanten heeft. Een paar keer per maand gaat hij terug naar zijn dorp, waar zijn vrouw en drie van zijn kinderen wonen. Zijn oudste zoon is motortaxichauffeur in de stad.

Na een minuut of tien parkeert Ramon in de schaduw van een enorme boom bij de ingang van Wat Phnom. Terwijl Ramon beneden blijft, klim ik de met beelden versierde toegangstrap op die naar de tempel leidt, bovenop een heuvel. Er steekt een licht briesje op en eenmaal boven heb ik uitzicht over een deel van de oude stad. In de verte stroomt het water van de Tonlé Sap rivier traag naar het zuiden.

In het centrale gedeelte van de tempel brengen verschillende mensen zwijgend een offer bij een groot, bronzen beeld van een zittende Boeddha. Aan de zijkant, tegen een van de prachtig beschilderde muren, staat een oude man met zijn ogen gesloten, nauwelijks hoorbaar steeds dezelfde zinnen te prevelen.

Meer lezen? Bekijk de demo.

Leave a Comment